Algemene beschouwingen 2024

Tijdens de Algemene Beschouwingen, de behandeling van de Programmabegroting 2025-2028 en de 2e bestuursrapportage, heeft de CDA fractie de volgende inbreng gehad in de eerste termijn:

Dank aan de ambtelijke organisatie voor het opstellen van deze programmabegroting en de tijdige en uitgebreide beantwoording van onze technische vragen. 

Uiteraard is dit een goed moment om terug te kijken op hetgeen we afgelopen jaar hebben gedaan, en welke richting we uitgaan als gemeente. 

Als CDA fractie kijken we positief terug op de invoering van het BOB-model. Dit leidde onder meer tot de raadstafel met de maatschappelijke organisaties en de raadstafel geluidsnormen. Constructieve, open gesprekken, waarbij open gesprekken met de maatschappij werden gevoerd. Informatie ophalen zonder direct politieke lading. Dit geeft input om als raad het goede debat te kunnen voeren. Laten we hier vooral mee doorgaan!

Daarnaast zijn we blij met de realisatie van de flexwoningen tegenover het gemeentehuis. Hiermee zijn weer een aantal betaalbare huurwoningen aan de Bunnikse woningvoorraad toegevoegd. Mooie stappen vooruit. Hopelijk kunnen we op korte termijn aan de slag met de realisatie van permanente woningen in de Kersenweide en de veilige verbinding tussen het bestaande dorp en de nieuwbouw ten westen van de N229, in een breed gedragen vorm. 

Na de algemene beschouwingen van 2023 is de Huiskamer van Bunnik tot bloei gekomen. Ik kom met enige regelmaat in de bibliotheek en zie dan ook veel Bunnikers gebruikmaken van het aanbod van de Huiskamer van Bunnik. Een mooie plek, waar ontmoeting plaatsvindt. We zijn blij om te zien dat er ook de komende jaren geïnvesteerd wordt om deze plek verder te ontwikkelen als toegankelijke ontmoetingsplek. 

Als CDA-fractie zijn wij van mening dat iedereen in deze raad, het college en de ambtelijke organisatie vanuit zijn eigen achtergrond en overtuiging doet wat hij of zij het beste acht voor Bunnik. ‘Een gedegen koers op inhoud en financiën vormt hiervoor de basis.’ aldus het college in de programmabegroting. Hier zetten wij onze vraagtekens bij.

In de media werden wij eerder dit jaar, na de behandeling van de kadernota ‘zwartgallig’ genoemd. Zelf zien we dit toch vooral als kritisch. Kritisch, omdat we allemaal weten dat er komende jaren minder geld vanuit het gemeentefonds naar de gemeenten zal vloeien. Maar ook kritisch omdat de projecten die voor extra inkomsten moeten gaan zorgen, zoals de realisatie van nieuwe woningen in de Kersenweide nog niet zijn gestart. 

Als CDA fractie maken we ons zorgen over de financiën

Het voorzichtigheidsbeginsel, het realisatiebeginsel en risicobeheersing zijn uitgangspunten die wij als CDA fractie hanteren. Als CDA fractie maken we ons zorgen over de financiën. Het CDA is voorstander van een duurzame en verantwoorde financiële planning die toekomstige generaties niet opzadelt met schulden. Daarnaast is, met de grootschalige bouwprojecten en de bijbehorende investeringen, de financiële speelruimte beperkt. De algemene reserve lijkt positief, maar met enkele tegenvallers is dit zo op. Denk bijvoorbeeld aan de jaarlijkse overschrijdingen op het gebied van jeugdzorg, waar we al jaren vele tonnen meer uitgeven dan in de begroting geprognotiseerd. Daarnaast is er maar een jaar een positief saldo geprognotiseerd en zijn de vooruitzichten voor de jaren hierna negatief.  Een terughoudender beleid is noodzakelijk. 

De begroting erkent een financieel “ravijn” na 2025, wat duidelijk aangeeft dat Bunnik mogelijk niet in staat zal zijn om hetzelfde serviceniveau te handhaven zonder substantiële bezuinigingen of alternatieve financiering. Er lijkt echter geen concrete strategie te zijn om deze situatie proactief op te vangen, behalve een oproep aan het Rijk voor meer middelen. De VNG adviseert juist om deze kloof nog duidelijker zichtbaar te maken. 

En de ambities die zowel college als raad hebben, mogen niet ten koste gaan van de inwoners. De woonlasten in Bunnik horen al jaren tot de hoogste in de regio. Het zou goed zijn als we bij onze besluiten ook aan deze lasten denken. Iedere keer een paar euro per inwoner per project maakt aan het eind van jaar toch weer een flinke lastenstijging.

Binnen het raadsprogramma hebben we met elkaar afgesproken om, wanneer de gemeentelijke financiën het toelaten, de woonlasten te beperken. De gemiddelde woonlasten voor woningbezitters stijgen ook komend jaar weer. Van 1307 euro in 2024 naar 1361 euro in 2025. Dit ligt 36,9% hoger dan het landelijk gemiddelde van 994 euro. Dit is niet in lijn met de intentie van het raadsprogramma. Zeker niet wanneer we er dan ook nog eens voor kiezen om nieuw beleid te introduceren, terwijl de inkomsten sterk onder druk staan.

Denk bijvoorbeeld aan het experiment met de cultuurcoach. Op zich een mooi streven, zeker omdat we ervoor kiezen om niet eerst een plan te maken, maar gelijk uit te voeren. Met de buurtsportcoaches hebben we goede ervaringen. Maar dit nieuwe initiatief kost wel 71.000 euro. Per jaar. 

De vraag is in hoeverre dit een duurzame investering is. Met de kennis dat inkomsten uit het gemeentefonds de komende jaren alleen maar teruglopen. Als we dit dan echt zo’n belangrijk voorstel vinden, waarom is er dan geen structureel geld vrijgemaakt voor dit project? Of gekozen om op andere thema’s te bezuinigen.

Zouden we niet juist moeten investeren op thema’s uit het raadsprogramma die al lange tijd op de planning staan, zoals een leefbaar dorpshart in Odijk en een veilig en leefbaar Werkhoven? 

Als fractie hebben wij ook geworsteld met dit soort vraagstukken. Een van de thema’s die wij erg belangrijk vinden is het aansluiten bij het Schone Lucht Akkoord. Met de toename van verkeer en het aantal inwoners is het belangrijk om oog te hebben voor het verbeteren van de luchtkwaliteit. Er is nu geld gereserveerd om in 2025 en 2026 aandacht te besteden aan deze verbetering. Voor aansluiting bij het Schone Lucht Akkoord is echter commitment van 15.000 euro per jaar tot aan 2030 nodig.

Eigenlijk zouden we graag een amendement indienen om bijvoorbeeld het budget van de cultuurcoach hier aan te besteden, maar gezien het feit dat we allemaal weten dat er meer structurele investeringen nodig zijn en ons vooruitzicht beperkt is, doen we dit niet. Wij zien op dit moment de financiële ruimte niet. Bij de kadernota 2026-2029 zullen we hier echter op terugkomen.

Een belangrijk zorgpunt is daarnaast het ontbreken van substantiële bezuinigingen binnen de gemeenschappelijke regelingen. Deze samenwerkingsverbanden spelen een cruciale rol in de uitvoering van gemeentelijke taken, maar vormen ook een significante kostenpost. Het is zorgwekkend dat hier weinig tot geen bezuinigingen zijn opgenomen, wat de financiële druk op onze gemeente verhoogt. Denk bijvoorbeeld aan de extra lasten die bij de 2e bestuursrapportage naar voren komen voor de RMN. Wij roepen daarom op tot een grondige evaluatie van deze regelingen, gericht op kostenreductie en efficiëntere inzet van middelen. Dit is essentieel om de financiële duurzaamheid van onze gemeente te waarborgen, vooral met het ravijnjaar 2026 in zicht.

En ook de kosten voor jeugdzorg blijven een uitdaging. Vaker is al gezegd dat het om een beperkt aantal gevallen gaat, maar de impact is groot. Ook de bestuursrapportage toont nu weer een extra incidentele last van 760.000 euro. We hopen dat de nieuwe inkoopkoers hier in de toekomst voor meer grip op de kosten gaat zorgen.

Vooralsnog lijkt het erop alsof de pijnlijke maatregelen over de gemeenteraadsverkiezingen van 2026 worden heen getild en een volgende raad en college met deze uitdagingen worden opgezadeld. Voorzitter, zoals ook tijdens de behandeling van de kadernota aangegeven, kunnen wij de begroting in deze vorm niet steunen.

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *